Amandel,  Parel

Zaterdag in het Midden Oosten

Zaterdag en dus vrij?

Eigenlijk is alleen de vrijdag hier rustdag (qua werk dan en dus tijd voor een demonstratie) en alle andere dagen wordt er gewoon gewerkt. Ik heb besloten dat ik daar niet helemaal aan mee ga doen, en in de weekenden ga “niksen” en verkennen. Vandaag wel een paar uurtjes gaan “werken” met name omdat ik wilde voelen of het weekend hier echt geen weekend is. Conclusie: zaterdag voelt hier in niets als onze zaterdagen maar echt als een doordeweekse dag. In niets is het de dag waarop je echt vrij bent en de wereld het minst van je verwacht qua (zakelijke) verplichtingen, zoals bij ons.

Het is nog aftasten hoe en of ik hier diplomatiek te werk moet gaan. Er vallen me veel dingen op die naar mijn Hollandse efficiënte aard, een stuk beter kunnen. Ga dit zeker niet allemaal adresseren maar ga wel proberen uit te vinden hoe ik op een duurzame wijze iets kan bijdragen aan de fundamenten van de stichting. Te beginnen met het maken van een organigram om beter inzicht te kunnen verschaffen aan sponsoren over hoe de organisatie in elkaar zit. Dat is er nu gewoon nog niet maar het lijkt alsof ze het echt fijn vinden dat ik dat doe. De eerste twee foto’s zijn trouwens van de straat van het kamp.

In de middag ben ik naar het Walled Off Hotel van Bansky gegaan. Dat ligt op 10 minuten loopafstand en is echt een hele fijne uitvalsplek voor een biertje na een dag werken. Iedere vierkante centimeter van het hotel is een statement over de situatie hier en daarmee ook behoorlijk goed in het confronteren van zijn bezoekers. Natuurlijk maak ik selfies om dingen voor mezelf vast te leggen. Als je daarna pal tegenover je de tekst op de muur leest “every photo a mothers tear, every selfie another child in fear” moet je (althans ik) wel even slikken. De wetenschap dat ik vrij ben om te gaan waar ik wil en in september kan solliciteren op iedere baan waar ik maar wil, geeft dat biertje een hele bittere bijsmaak bij dit alles.

Ik kan het verhaal van de mensen van beide kanten, die lijden onder dit conflict, proberen te begrijpen en vertellen, maar echt echt echt voelen hoe het voelt om generaties lang hier te leven en te moeten dealen met ridicule omstandigheden die je simpelweg niet kan uitleggen noch begrijpen, dat kan ik niet. En misschien is dat dat wat ik op dit moment het meest waardeer aan de mensen hier. Dat ze zo blij en dankbaar zijn voor mijn aanwezigheid en alles vol geduld aan me uitleggen terwijl ze weten dat ik over een paar weken zonder al te veel gedoe gewoon naar huis vlieg en mij dat in niets aanrekenen, dat vind ik echt mooier dan het mooiste gebaar wat ik ooit aan iemand zou kunnen geven.